Zoeken
Zoeken

Over de Lerende Samenwerking

De Lerende Samenwerking is onderdeel van het Programma Natuur. Met dit programma trekt de overheid 3 miljard euro uit om kwetsbare natuurgebieden te herstellen en versterken. Dat vraagt om veel samenwerking van alle partners.

De Lerende Samenwerking voorziet in die  samenwerking. Door al doende van elkaar te leren kunnen alle betrokkenen bij de uitvoering  van het Programma Natuur zinvolle stappen zetten rond natuurherstel.

Programma Natuur: Werken aan natuurherstel

Het gaat niet goed met de natuur in Nederland. Steeds meer soorten planten en dieren verdwijnen, onder andere door te veel stikstof in de lucht, de bodem en het water. Met het Programma Natuur trekt de overheid tot 2030 jaarlijks 300 miljoen euro uit voor herstel en versterking van kwetsbare natuurgebieden. De focus binnen het programma ligt op het herstel van de natuur in de stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden.


Verbeelding opgave Programma Natuur

Plek in de stikstofaanpak

Het Programma Natuur vloeit voort uit de structurele aanpak stikstof en is vastgelegd in het programma Stikstofreductie en Natuurverbetering. Werken aan natuurherstel is een cruciaal onderdeel van de oplossing van de stikstofproblematiek. Doel van het Programma Natuur is om te zorgen voor 70% gunstige staat van instandhouding van soorten en leefgebieden (habitats) volgens de Vogel- en Habitatrichtlijn (VHR)

De kern van de samenwerking binnen Programma Natuur is de gedeelde ambitie voor natuurherstel. Resultaten die bereikt worden in de afzonderlijke gebieden, resulteren samen in het halen van het hoofddoel.

De komende 10 jaar investeren Rijk (ministerie van LVVN), provincies, terreinbeherende organisaties (Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en LandschappenNL) en Rijkswaterstaat via het Programma Natuur 3 miljard euro in herstelmaatregelen. Het gaat om maatregelen in en rond natuurgebieden. In het Programma Natuur staat welke doelen en welke financiële middelen er zijn voor herstel van de natuur. Naast herstelmaatregelen worden ook maatregelen genomen om te zorgen dat er minder stikstof in de grond komt, de zogenoemde bronmaatregelen.

Werkwijze Programma Natuur

Opgave natuurherstel staat centraal

De uitvoering van het natuurherstel binnen Programma Natuur gebeurt in samenwerking met terreinbeherende organisaties. De aangewezen stikstofgevoelige Natura2000-gebieden krijgen elk een aanpak op maat. De provincies bepalen per natuurgebied welke maatregelen nodig zijn. Zij werken met de terreinbeherende organisaties aan een gebiedsaanpak met maatregelen. Daarbij betrekken ze partijen in en om het natuurgebied. Zij kijken samen hoe systeemherstel te realiseren is. Daarvoor zijn ook maatregelen nodig buiten de natuurgebieden. De uitvoering richt zich daarom ook op de ‘overgangsgebieden’, de omgeving van de stikstofgevoelige Natura2000-gebieden.

Gebiedsgericht werken

De uitvoering van het Programma Natuur gebeurt gebiedsgericht. Centraal staat het ecosysteemherstel op gebiedsniveau. De provincies coördineren de gebiedsaanpak. De uitvoering vindt steeds plaats in samenwerking met terreinbeherende organisaties en andere gebiedspartners.

Op landelijk niveau wordt de opgave en de vertaling daarvan naar de gebieden bepaald. Waar nodig krijgt uitvoering in de gebieden ondersteuning vanuit het provinciale- en landelijke niveau.

Gefaseerde aanpak

De uitvoering van het Programma Natuur gebeurt in fasen. De eerste fase (2021-2023) richtte zich op het nemen van maatregelen gericht op natuurherstel met de focus vooral op het natuurgebied zelf. In de tweede fase (2024-2030) ligt de focus meer op robuust systeemherstel. Dat vereist ook de aanpak van drukfactoren in de zone rond het Natura2000-gebied (het overgangsgebied).

Monitoring

Voor het Uitvoeringsprogramma Natuur is een uitbreiding nodig van het huidige stelsel van natuurmonitoring. Daarom is vanuit Programma Natuur de opdracht gegeven om een business case te ontwikkelen, aanvullend op de monitoring vanuit het Natuurpact (Tweede Kamer, 2013). De focus in de business case ligt op de periode 2024 tot en met 2030. De ontwikkeling loopt parallel met het Uitvoeringsprogramma Natuur, dat één spoor is van het bredere VHR.

De prioriteit van het Uitvoeringsprogramma ligt de eerste jaren bij Natura 2000-gebieden, vooral op Natura 2000-gebieden met stikstofgevoelige natuur. De business case bouwt, net als het Uitvoeringsprogramma, voort op het huidige stelsel van natuurmonitoring, informatievoorziening en rapportage van het Natuurpact. De business case laat zien welke (door)ontwikkelingen nodig zijn om het stelsel te verbeteren en/of uit te breiden gezien de behoeften binnen het Uitvoeringsprogramma. De business case kijkt ook naar de bredere behoeften rond VHR-doelen, zoals de eisen van de Wet Stikstofreductie en Natuurverbetering, en vergunningverlening onder de Wet Natuurbescherming.

Het VHR Verbeterprogramma ‘VHR compleet: samen op pad’ dat zo tot stand kwam, is toegelicht en besproken in de digitale themabijeenkomst over het Verbeterprogramma Natuurmonitoring, 10 okt 2023.    

Voor de uitvoering van het VHR Verbeterprogramma is er een eigen organisatiestructuur opgezet buiten Programma Natuur. Wel zal er binnen de Lerende Samenwerking in fase 2 van Programma Natuur nog aandacht zijn voor het thema natuurmonitoring.

Lees meer op de website van Bij12

Organisatie uitvoering

Voor de uitvoering van het Programma Natuur is er een organisatiestructuur die alle bestuurslagen raakt. De programmaorganisatie zorgt voor het monitoren, evalueren en bijsturen van de afspraken die alle partners maken over de uitvoering. Elk half jaar is er  gelegenheid voor bijsturing, dit is een belangrijk onderdeel in de aansturing van de uitvoering (ofwel van de governance).

De Lerende Samenwerking

Het Programma Natuur is alleen succesvol uit te voeren als alle betrokken partijen intensief samenwerken. De Lerende Samenwerking voorziet in alle activiteiten die hiervoor nodig zijn. Uitgangspunt in de samenwerking is steeds ieders bestaande verantwoordelijkheid. Aanvullend maken de betrokken overheden en maatschappelijke partijen afspraken over hoe ze samenwerken in de uitvoering.

Doel van de Lerende Samenwerking is te leren door te doen en zo de uitvoeringspraktijk verder te ontwikkelen. Inzet is echt samen aan de slag te gaan, te werken vanuit vertrouwen en met ruimte om fouten te mogen maken. Een Community of Practice in de brede zin van het woord.

De kern van de samenwerking is de gedeelde ambitie: natuurherstel. Samenwerken gebeurt steeds vanuit deze ambitie en vanuit gelijkwaardigheid en kent twee aspecten: samenwerking in de uitvoering (het primaire proces) en samen reflecteren op en leren van de praktijk.

Inzet is een breed lerend netwerk te bouwen. Deelnemers gaan daarin de  dialoog aan over wat er nodig is om de natuurhersteldoelen te realiseren. Alle activiteiten werken ook agenderend: ze leveren dilemma’s en vragen uit de praktijk die op een hoger schaalniveau geadresseerd moeten worden om de uitvoering verder te helpen.


Filosofie

De filosofie achter de Lerende Samenwerking is leren vanuit doen, het delen van kennis en het bieden van vrije ruimte voor reflectie. In gebiedsprocessen zijn  verschillende rollen nodig. Naast belangenbehartiging en besluitvorming is er vrije ruimte nodig die het leren stimuleert. De Lerende Samenwerking Programma Natuur bevindt zich in die vrije ruimte.

In de praktijk is de ‘gebonden ruimte’ vaak dominant. Die is van wezenlijk belang omdat er besluitvorming moet plaatsvinden om stappen te kunnen zetten – maar is het ook de plek waar processen vaak vastlopen.
Partijen onderhandelen in deze ruimte vaak vanuit belangen  in plaats van uit een gezamenlijk gedragen behoefte van het gebied. Waar de gebonden ruimte vaak over beperkingen gaat, levert de vrije ruimte vooral nieuwe mogelijkheden op.

Lees meer over de filosofie in het document Opzet Lerende Samenwerking Programma Natuur >>

Organisatie

Het programmateam Programma Natuur, waarin provincies, rijk en tbo’s zijn vertegenwoordigd, stemmen de agenda en organisatie van de Lerende Samenwerking af.